Veiligheid is heel belangrijk. In de openbare ruimte, zoals in kantoorpanden en winkels, zijn er veel regels. Zo moet elk gebouw een nooduitgang hebben en zijn er brandblussers op elke verdieping. Maar hoe zit dat eigenlijk thuis? En wat kun jij doen om jouw woning veilig te maken?
1. Brandveiligheid
In Nederland ontstaan er elk jaar ruim 100.000 woningbranden. Een aantal van deze branden is relatief klein, maar wanneer de brandweer erbij moet komen heb je sowieso veel schade aan je woning. Maak je woning daarom zo veilig mogelijk. Denk daarbij aan het installeren van minimaal 1 rookmelder per verdieping. Het liefst plaats je er in elke ruimte één. Verder zorg je ervoor dat je een speciale brandkoffer in huis hebt met daarin een blusdeken en benodigdheden voor als er brand uitbreekt of als iemand zich bijvoorbeeld brandt aan hete vloeistoffen.
2. Een veilige vluchtroute
Heb jij een hoge woning? Dan is het verstandig om te kijken of je een buitentrap nodig hebt. Bij kantoorpanden is het verplicht dat je niet alleen via de gewone trap naar beneden kan, maar ook via een brandtrap. In woningen is het niet verplicht, maar wel verstandig. Is je woning hoger dan 6 meter? Dan is het verstandig om een kooiladder aan de achterzijde van de woning te plaatsen. Een aluminium kooiladder biedt een veilige ontsnappingsroute, bijvoorbeeld bij brand, en is ook praktisch als je bijvoorbeeld het dak moet inspecteren.
3. Trappen en hoogtes
Ook in je woning heb je waarschijnlijk minstens een trap. Trappen in huis zijn soms verbazingwekkend onveilig. Daarom is het goed om ze eens allemaal na te lopen. Zowel de vaste trappen als de vlizo-trap naar de zolder moet veilig zijn. En dat betekent bij voorkeur dat er een stevige leuning of reling is en dat de traptreden stabiel en vlak zijn. Heb je een open gedeelte bij de overloop, dan zorg je voor een veilige reling zodat niemand per ongeluk naar beneden kan vallen.
4. Veilig met spanning
Er ontstaan relatief veel ongelukken met elektriciteit in huis. Je kunt bijvoorbeeld een schok krijgen of kortsluiting veroorzaken. Maar het is ook mogelijk dat er brand uitbreekt door een onveilige situatie. Dit moet je goed controleren:
- Zorg dat zware apparaten, zoals wasmachines en ovens, een eigen groep hebben in de meterkast. Laat in elk geval nooit twee zware apparaten tegelijk op dezelfde groep draaien.
- Zorg voor randaarde in alle stopcontacten. Oudere huizen (vóór de jaren ’80) hebben dit lang niet overal.
- Zet geen sterkere zekeringen in de groepenkast. Dit kan leiden tot gevaarlijke en zelfs dodelijke situaties, omdat het veel langer duurt voordat de stop eruit slaat.
- Ga niet zelf aan de slag met elektriciteit als je er geen verstand van hebt. Laat het liever doen door een goede elektriciën.
5. Beveiliging
Naast veiligheid voor ongelukken of brand, moet je woning ook beschermd zijn voor gevaar van buitenaf. Je wilt bijvoorbeeld liever niet dat er wordt ingebroken. Zorg dus ook voor goede beveiliging. Kies goede sloten in je deuren en neem een alarmsysteem dat je waarschuwt als er iets aan de hand is. Verlichting met bewegingssensor is erg prettig buitenom de woning. En een IP camera kan erg praktisch zijn om te zien wat er gebeurt als je zelf niet thuis bent.
Het is onmogelijk om een huis echt 100% veilig te maken. Een ongeluk zit tenslotte in een klein hoekje. Wel kun je veel doen om de situatie te verbeteren. Zo maak je je huis zo veilig mogelijk en kun je veel nare ongelukken voorkomen.
No Responses Yet